Pietervan WAESBERGHE, p donche , rente op heerlijkheid Vaernewyck, wapen !! Geboren ca 1428, **
Zoending met Pieter van Waesberghe.
In 1452 bijna meerderjarig ( dwz bijna 25 jaar oud) dus geboren ca 1426
reg 25 periode 16 aug 1451 tot maart 1452 f° 246 v°
zoendinghe van Jacob van de(n) Hende Janszone, faitelic brochtd va(n) live t(er) doot waer af mel(t) de(n) pleghen(de) zijne(n) broeder ..ider mede pleghende tfait be.. was. Actum XVII die febr(uari) a° L/ = 17 februari 1452 (n.s.)
De schepenen van Ghedele hadden toesteming tot die verkoop gegeven , omdat naar verklaring van de verwanten ( vrienden en magen) van Pieter van Waesberghe duidelijk bleek dat Pieter in grote nood zat om die erfelijke rente te verkopen om zo te kunnen voldoen aan een zoending van Jacop van den Hende, zoon van Jan, die ter dood was gebracht en waarin Pieter en zijn ( niet bij naam genoemde ) broer de medeplegers waren;
( dus Pieter van Waesberghe en zijn broer hadden een Jacob van den Hende gedood ( niet noodzakelijk opzettelijk.) Met de familie van het slachtoffer was een verzoening bereikt waarin Pieter van Waesberghe een (grote) som zou betalen aan de familie van een slachtoffer, daarvoor verkocht pieter VW zijn erfelijke rente.
uit: jaarboek 'de vier ambachten' oudheidkundige kring de vier ambachten' 1930 blz 26
"uit 'de Raedt, sceaux armoiries T.IV p 182 weten wij, dat een zoon van Jan, Pieter van Waesberghe geheten, op 19 november 1502 verklaart dat hij houder is van een rente, groot 72 parijsche ponden, toekomende Copkin Braem, zoon van Boudewijn, die onder de voogdij van Godfried Braem geplaatst is, welke rente toegewezen is op het leen en de heerlijkheid van Vaernewijck in de parochie Ockerghem bij Gent, groot 22 bunder. Pieter zal dus evenals zijn vader Jan, die met een jonckvrouw Vaernewijck gehuwd was, belang gehad hebben bij de genoemde heerlijkheid. ".